Wat houdt 'Complexere zorg' in?

Zorgverleners krijgen steeds meer zorgvragers, die soms meerdere (chronische) ziekten, multiproblematiek hebben en een langdurig beroep doen op de zorg. Het zijn vaker complexe zorgvragen. Zorgverleners ervaren dan ook een toename in zorgvragen die zich uitstrekken over verschillende domeinen.  

Complexere zorg vraagt om samenwerking tussen verschillende disciplines, omdat geen enkele zorgverlener alle competenties in huis zal hebben om het gehele zorgpad te bewandelen. Zorgverleners moeten niet alleen met elkaar samenwerken; om effectief te kunnen zijn moet ook de zorg aansluiten bij de context van de patiënt, zijn of haar mogelijkheden en omstandigheden. De patiënt moet daarbij centraal staan.  

VAN CURATIEF NAAR PREVENTIEF 
 
Zowel in de algemene zorg als in gezondheidstechnisch vakmanschap neemt de aandacht toe voor vroegtijdige signalering van risicovolle situaties en tijdige interventie ter voorkoming van zwaardere ondersteuning en zorg. De focus op bestrijding van ziekte en intensieve ondersteuning verschuift naar een focus op behoud van gezondheid en eigen kracht door aanpassing van leefstijl en preventie. Deze ontwikkeling gaat sneller doordat er steeds meer informatie beschikbaar is over wat wel en niet gezond is. Preventieve zorg is een uitdaging, omdat patiënten en cliënten meestal pas in contact komen met een professional als er een zorgvraag is.  

ROL VAN DE VERZEKERAAR 

De rol van de verzekeraar is sinds 2013 enorm veranderd en werd bepalender. De introductie van marktwerking in de zorg moest zorgen voor meer vrijheid voor nieuwe aanbieders en vrijheid voor de patiënt om zelf een zorgverlener te kiezen. Het bedrag van een vergoeding staat onder druk en is in veel gevallen afhankelijk van de zorgverzekering en hoe iemand verzekerd is. Dat de verzekeraar sommige behandelingen niet vergoedt, heeft te maken met contracten die de verzekeraar al dan niet afsluit met bepaalde zorgverleners. De zorgverzekeraars, als beheerders van de premiegelden, bepalen waar je het geld aan mag uitgeven en ze kunnen zorgverleners sturen middels contractafspraken. Volgens diverse zorgverleners krijgen de verzekeraars te veel zeggenschap over de inhoud van de zorg. 

Wat is de impact van 'Complexere zorg' op dossierniveau?

Klanten hebben met regelmaat vragen over hun verzekering en of die al dan niet optimaal aansluit bij hetgeen ze aan zorgverlening of producten nodig hebben. Het goed kunnen adviseren en kennis hebben van de mogelijke aanvullende verzekeringen door de beroepsbeoefenaar aan de klant is daarbij wenselijk. In algemene zin is het voor toekomstige beroepsbeoefenaars, door de marktwerking in de zorg, belangrijk dat ze kennis hebben van, en inzichten verkrijgen in hoe ze werkprocessen zo efficiënt mogelijk en kostenbesparend kunnen inrichten. 

Niet alleen deze grotere financiële druk op de sector, maar ook de deregulering in de zorgsector en de toegenomen werkdruk leiden tot verschuivingen van taken en verantwoordelijkheden. Taakherschikking is het herschikken van taken en verantwoordelijkheden in nieuwe en/of vernieuwde functies. Het kent belangrijke voordelen voor de patiënt. Zo zal er doorgaans meer aandacht en tijd zijn voor de patiënt. Maar ook voor de arts zijn er voordelen. De arts zou meer tijd moeten hebben voor specialistische zorg, omdat routinematige handelingen zijn verminderd. Verder vraagt de toenemende complexiteit van de zorg om andere competenties en skills-upgrading.

  • Wat verandert er? 

    De rol van verzekeraars is nog meer voorschrijvend en bepalend geworden. De vergoeding is veranderd. Verzekeraars zijn op een heel andere manier zorg gaan inkopen, ook met aanbestedingen, daarmee komt er druk op de prijs van de audiciens. Femke Lavrijssen, (Specsavers) vertelt: “De prijzen staan behoorlijk onder druk, en hetgeen dat je als audicien ervoor moet leveren en de protocollen worden steeds zwaarder. Een voorbeeld is de nazorg die je moet leveren van een hoortoestel, volgens de voorwaarden voor een vergoeding moet je nog vijf jaar lang leveren aan de klant.”  

    Een tegenreactie op de rol van de verzekeraar is dat steeds meer voorbeelden zijn van zelfstandige audiciens die zonder tussenkomst van zorgverzekeraars werken, klanten willen hier zelf voor betalen. 

    Wat is de invloed op de werkzaamheden? 

    Audiciens hebben te maken met meer administratieve taken en hogere werkdruk, omdat ze vragenlijsten volgens een vast protocol van de verzekeraar moeten invullen. Het protocol is in het leven geroepen om te monitoren of verzekeringsgelden of premies wel juist besteed werden. Het protocol beschrijft de activiteiten van de audiciens en geeft aan welke gegevens zij minimaal moeten vastleggen en hoe ze die moeten vastleggen. 

    In de praktijk blijkt het werken met de vragenlijst juist heel inefficiënt, tijdrovend en soms zelfs klantonvriendelijk te zijn. De vragenlijst die de cliënt invult, moet de audicien inscannen en in het systeem uploaden. Dan kan het systeem calculeren. Voorheen had de audicien een gesprek met de cliënt, waarin meer ruimte was om door te vragen. Op basis van zijn professionaliteit stelde de audicien vragen over onderwerpen die op dat moment belangrijk zijn. 

    Dennis Havermans (Beter Horen)

    “Kwaliteit monitor je niet, kwaliteit controleer je. Maar daar lijkt het af en toe op, met de introductie van het protocol.” Dennis Havermans (Beter Horen)

  • Wat verandert er? 

    Het basispakket vergoedt steeds minder. Diverse zorgverleners zijn van mening dat de verzekeraar te veel zeggenschap heeft gekregen over de inhoud van de zorg en waaraan je het geld mag uitgeven. Het is wenselijk dat de positie van de zorgverzekeraar minder bepalend is, bijvoorbeeld bij orthopedische (schoen)techniek. Ivo Balk (Dutch HealthTec Academy) geeft aan wat het effect is van de rol van de verzekeraar: “Het zou me niks verbazen als de cosmetische afwerking, het ‘mooi’ maken van een prothese, op termijn niet meer als essentieel wordt gezien. De zorgverzekeraar heeft de plicht naar zijn verzekerde om dat te vergoeden wat nodig is voor een normaal leven. Die discussie over wat slechts cosmetisch en wat noodzakelijk is zal steeds meer gevoerd gaan worden naarmate vergoedingen omlaaggaan. 

    Ook moeten klanten in de orthopedische schoentechniek langer met hun schoenen doen, alvorens ze weer een vergoeding krijgen. Volgens Max Mulders, voorheen werkzaam als adviseur bij NVOS-Orthobanda, stelt de verzekeraar steeds meer voorwaarden aan het aanbieden van semiconfectie in plaats van maatwerk. “Vroeger had je alleen maatschoenen, maatprotheses. Nu zie je dat er ook semiconfectie is. Er zijn bijvoorbeeld orthopedische schoenenwinkels met een aanbod aan (brede) comfortschoenen. Deze semiconfectieschoenen bieden een oplossing voor mensen met niet al te zware klachten. Voorheen kregen die de veel duurdere schoenen die op maat gemaakt werden.” 

    Het orthopedisch bedrijfsleven is ten gevolge van marktontwikkelingen en de financiële druk door onder meer veranderingen in het zorgverzekeringsstelsel, gedwongen om meer te kijken naar de eigen bedrijfsprocessen. Dat betekent bijvoorbeeld goedkoper produceren en productie waar mogelijk outsourcen aan gespecialiseerde bedrijven (NVOS-Orthobanda, 2018). 

    De noodzaak om goedkoper te produceren heeft als gevolg dat men meer halffabricaten maakt. “Processen worden gestandaardiseerd. Er komen meer kant-en-klare (deel)producten en er wordt veel minder op maat vervaardigd. In Amerika zie je al voorbeelden van complete (semi)confectie knie-enkel-voetortheses (kevo’s) die alleen maar een beetje aangepast worden per persoon. Dat is hier gelukkig nog niet.” Ivo Balk (Dutch HealthTec Academy) 

    Wat is de invloed op de werkzaamheden? 

    Omdat het basispakket steeds minder vergoedt, is het belangrijker om de werkprocessen efficiënt in te delen. Daarbij helpt het om routinematiger te werken met grotere productie-eenheden. Dimphy Hoitzing, werkzaam bij OIM Orthopedie Holding, vertelt daarover: “Voorheen hadden we op elke locatie een productieafdeling staan. Nu hebben we veel meer productielocaties gebundeld, zodat we in staat zijn om meer seriematig werken. Dat kan voor onderdelen waar grote hoeveelheden van nodig zijn, zoals steunzolen, supplementen of bepaalde aanpassingen. Daarvoor zijn meer gespecialiseerde mensen nodig in plaats van allrounders. Zo zal er bijvoorbeeld iemand zijn die alleen de kinderspalkjes maakt en een ander die alleen de volwassenenspalkjes maakt.” Voor het onderwijs betekent dit dat het nodig is dat de studenten op school de basis leren. Het specialisme ontwikkelen ze bij het bedrijf. 

  • Wat verandert er?

    De vraag naar complexe mondzorg stijgt flink door de vergrijzing. Oudere patiënten, maar ook anderen, kiezen steeds vaker voor een uitgebreide behandeling om hun gebit te behouden, en minder snel voor een gehele of gedeeltelijke gebitsprothese (VLHT, 2021). 

    Wat is de invloed op de werkzaamheden? 

    De complexere zorgvragen, nieuwe technologische ontwikkelingen en toenemende mogelijkheden voor behandelingen en therapieën vragen om meer maatwerk van de tandarts en daarmee ook voor de tandtechnici.  

  • Wat verandert er? 

    Door de groeiende patiëntenpopulatie hebben oogartsen minder tijd en verwachten zij steeds meer van de technisch-oogheelkundig assistenten (toa’s). Door een tekort aan toa’s besteden oogartsen taken steeds vaker uit aan doktersassistenten. Zo voeren zij bijvoorbeeld gezichtsveldonderzoeken uit. Soms doen zij zelfs een deel van het vooronderzoek. Het is nodig om duidelijk onderscheid te maken in wat de capaciteiten zijn van een toa versus die van een doktersassistent. Maar wat een toa wil kunnen en ambieert verschilt ook per student. 

    “Ik stimuleer studenten wel om kenbaar te maken wat je weet en wat je inzicht is door vooraf met de oogarts te overleggen welk onderzoek je zou willen doen, ook al is het niet overal toegestaan om die keuze zelf te maken. Op het moment dat je steeds laat merken dat je dat inzicht hebt, is er een kans dat op een gegeven moment de oogarts denkt van: nou, jij kan dat prima zelf bepalen, doe dat ook maar. Dus ik denk dat dat stukje stimuleren van de student om te laten weten wat je weet en wat je inzicht is belangrijk is. In de opleiding zou je die kennis nog een stukje kunnen uitbreiden om een duidelijk onderscheid te kunnen maken tussen de capaciteiten van een toa versus de capaciteiten van een doktersassistent.” Jenny van Tol (Dutch HealthTec Academy) 

    Wat is de invloed op de werkzaamheden? 

    De toa’s leren omgaan met nieuwe en geavanceerdere apparatuur die leidt tot betere diagnostiek en, uiteindelijk, betere behandeling. Dit vraagt een flexibele houding en het zich aanleren van weer nieuwe vaardigheden om steeds goed te anticiperen op een veranderende setting.  

    De tendens van curatief naar preventief heeft tot gevolg dat de toa steeds meer oogheelkundige onderzoeken uitvoert, voorlichting geeft en cliënten begeleidt, zij het dat de verantwoordelijkheid bij de oogarts blijft. Dit vereist een goede samenwerking tussen toa en oogarts. 

  • Wat verandert er? 

    Het instrumentarium van een medewerker steriele medische hulpmiddelen is complex, divers en daarmee arbeidsintensief. 

    Er is een ontwikkeling te zien van eenvoudig instrumentarium naar heel complex computergestuurd instrumentarium. Steeds vaker voert men laparoscopische operaties (ook wel een ‘kijkoperatie’ genoemd) uit, in plaats van open operaties. Jan Hazelhof, werkzaam bij Isala Ziekenhuis, legt uit: “Deze kijkoperaties zijn niet nieuw, maar het instrumentarium dat erbij wordt gebruikt is steeds complexer. Het voordeel van een laparoscopische operatie is minder bloedverlies, minder pijn na de operatie, minder littekenweefsel en verklevingen en sneller ontslag uit het ziekenhuis. De chirurg brengt twee, soms meer toicars in en opereert via die openingen. In een van de schachten bevindt zich een optiek, via de andere schacht kan de chirurg instrumenten inbrengen om te opereren. Dat is een ontwikkeling die het werk van een medewerker steriele medische hulpmiddelen van heel eenvoudig tot heel complex heeft gemaakt.Hoe complexer en kleiner we willen opereren, des te complexer de instrumenten worden. Naarmate de handelingen kleiner worden, des te sneller moet je overstappen op disposables, omdat je niet meer kunt demonteren en monteren, want sommige instrumenten moeten onder microscopen worden samengesteld.” 

    Naast de vernieuwende operatietechnieken verandert ook het instrumentarium. Er is een grotere diversiteit aan instrumenten en onderdelen waar een medewerker steriele medische hulpmiddelen kennis van moet hebben om verkeerd gebruik te voorkomen. Een producent produceert het instrument en toetst of de functionaliteit voldoet aan de eisen van de operateur. De leverancier levert vervolgens het instrumentarium met een, soms complexe, gebruiksaanwijzing waarin staat beschreven welke procedure je moet volgen om het instrument gebruiksklaar te maken. Dit zijn complexe werkzaamheden voor een medewerker steriele medische hulpmiddelen. 

    Wat is de invloed op de werkzaamheden? 

    Het gebruik van medische instrumenten neemt toe en dat stelt hogere eisen aan de verwerkingssnelheid en aan de inrichting van het logistieke proces van een sterilisatieafdeling. Daarbij dient de kwaliteit constant te zijn en dat stelt hoge eisen aan de capaciteiten van de medewerker medische steriele hulpmiddelen. 

    Voor de medewerker steriele medische hulpmiddelen zijn de kernvaardigheden: kennis hebben van het reinigingsproces, dus op welke manier en welke middelen mogen zij gebruiken bij het reinigen, en dat in combinatie met de aangeboden materialen. Alle materialen hebben eigen eisen. Een medewerker steriele medische hulpmiddelen moet het onderscheid kunnen aanbrengen tussen de verschillende materialen. Jan Hazelhof, werkzaam bij Isala Ziekenhuis, vertelt hoe dit bijdraagt aan het complexere werk: “Een medewerker moet de materialen onderscheiden, zo ook als het gaat om latex of siliconen of een van de veertig soorten kunststof. Een medewerker dient te weten dat de ene kunststof wel in een bepaald proces mag en de andere niet.” Door het complexere werk is de verwachting van Jan Hazelhof dat er een scheiding ontstaat tussen specialistischer werk en centrale regulering: “Ik verwacht dat het specialistischer wat geavanceerder wordt in de manier van steriliseren en reinigen. Dat er meerdere sterilisatiemethoden op de markt komen, bijvoorbeeld ozonsterilisatie.En verder verwacht ik dat diverse kleine CSA’s. 

  • Wat verandert er? 

    De optometrist is vaker werkzaam in de optiekwinkel, om oogzorg toegankelijker te maken, en preventief problemen waar te nemen. Ook is er met nieuwe technieken meer mogelijk. Je kunt veel meer uit een oogmeting halen. Iemand met latente afwijkingen kun je eerder preventief doorverwijzen naar de oogarts.  

    Wat is de invloed op de werkzaamheden? 

    Het omgaan met dementie en andere leeftijdgerelateerde aandoeningen, kwetsbare ouderen en een multidisciplinaire zorgvraag is een vaardigheid waarover opticiens moeten beschikken. Ze werken op locatie met andere zorgverleners samen. Kennis van de zorgverlening en vaardigheid in het werken in multidisciplinaire teams is hierbij belangrijk. Gecombineerd met reistijd, veeleisende zorgvraag, oogmetingen en brilverkoop op een externe locatie met gebruik van andere (mobiele) apparatuur, gaat het om een activiteit die relatief veel tijd vraagt. Om aan de toenemende vraag naar zorg en producten door vergrijzing en de introductie van nieuwe arbeidsintensieve product- en dienstverlening te kunnen voldoen, zijn meer medewerkers in de optiekbranche nodig (Sterk, 2022).